Vaccinatie

Waarom zou ik mijn dier laten vaccineren?

In het nest krijgen de jongen via de moedermelk antistoffen. Deze zorgen voor weerstand tegen allerlei ziektes.
Tussen de 5 en 15 weken verdwijnen de maternale antistoffen en bouwt de pup/kitten deze zelf op.
Om hen hierbij te ondersteunen, worden ze gevaccineerd. Dit is de veiligste manier om hun weerstand op te bouwen.

Bij jonge dieren is het dus belangrijk dat zij hun primovaccinaties krijgen, aangezien dit hen helpt bij
het opbouwen van lichaamseigen antistoffen tegen infecties (zoals parvovirose, leverziekte en kennelhoest
bij de hond, leucose en kattenniesziekte bij de kat). Krijgen zij deze vaccinaties niet tijdig, kan blootstelling
aan deze infecties zelfs fataal aflopen.

Volwassen dieren hebben dan wel geen primovaccin meer nodig, maar wel een jaarlijkse of driejaarlijks
boostervaccin.
Dit houdt hun lichaamseigen antistoffen op peil, zodat bovenstaande infecties geen kans krijgen.
Ook dieren die binnenshuis leven hebben een boostervaccin nodig! Ziektekiemen kunnen immers via
lucht, kledij, schoenen,.. mee naar binnen gebracht worden en uw dier besmetten.

Ook voor oudere dieren raden wij aan om hen te blijven vaccineren, omdat hun weerstand net
afneemt met ouder worden. Dit maakt hen vatbaarder voor allerhande infecties.

Wanneer kan ik mijn huisdier laten vaccineren?

Recente studies en de daarop gebaseerde vaccinatierichtlijnen van de WSAVA hebben aangetoond dat
er een grote marge is op de aanwezigheid van maternale antistoffen bij pups en kittens. Zolang die aanwezig zijn,
bouwt het jong nog geen lichaamseigen antistoffen op en werken de vaccinaties eigenlijk onvoldoende.
Uw dier is dus onbeschermd en loopt gevaar op besmetting. Om dergelijke situaties te vermijden,
werken wij met het volgend vaccinatieschema:

Tijdstip vaccinatie Hond Kat
6 weken
(gebeurt bij de fokker)
Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
/
8- 9 weken Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
Leptospirose (rattenziekte)
Hepatitis Contagiosa
Parainfluenza (virale kennelhoest)

Parvovirose (kattenziekte)
Kattenniesziekte
Feline leukemie virus (kattenleucose)

12 weken

Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
Leptospirose (rattenziekte)
Hepatitis Contagiosa
Parainfluenza (virale kennelhoest)
Bordetellose (bacteriële kennelhoest)

Parvovirose (kattenziekte)
Kattenniesziekte
Feline leukemie virus (kattenleucose)
16 weken Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
Leptospirose (rattenziekte)
Hepatitis Contagiosa
Parainfluenza (virale kennelhoest)
Parvovirose (kattenziekte)
Kattenniesziekte
Feline leukemie virus (kattenleucose)
Voor 1 jaar
(rond 9 à 10 maanden)
Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
Leptospirose (rattenziekte)
Hepatitis Contagiosa
Parainfluenza (virale kennelhoest)
Bordetellose (bacteriële kennelhoest)
Parvovirose (kattenziekte)
Kattenniesziekte
Feline leukemie virus (kattenleucose)
Jaarlijks Leptospirose (rattenziekte)
Bordetellose (bacteriële kennelhoest)

Feline leukemie virus (kattenleucose)
Driejaarlijks Parvovirose (kattenziekte)
Canine Distemper (hondenziekte)
Hepatitis Contagiosa
Parainfluenza (virale kennelhoest)
Parvovirose (kattenziekte)
Kattenniesziekte

Zijn er nog andere vaccinaties nodig?

Indien u samen met uw dier naar het buitenland reist, is het volgens Europese wetgeving verplicht (!)
om ze in te enten tegen rabiës of hondsdolheid. Dit vaccin kan ten vroegste gegeven worden wanneer
de pup of kitten 12 weken is. Let wel op, daarna duurt het nog 3 weken alvorens u met uw huisdier mag reizen.
Aangezien de wetgeving in elk land anders is (vooral Frankrijk is hier zeer streng in), raden wij aan om
deze vaccinatie om de 3 jaar te geven.

Zijn er bijwerkingen van vaccinaties?

Mogelijke bijwerkingen gaan van het krijgen een lokaal bultje waar de injectie werd gegeven,
tot algemene malaise voor een dag. Dit laatste zien wij meer bij kleinere hondenrassen, en om dit te verhelpen
geven wij indien gewenst een lichte pijnstiller mee.

Titeren, iets voor mij?

Voor de jaarlijkse en driejaarlijkse vaccins kan er als alternatief een titerbepaling uitgevoerd worden.
Hier gaat de dierenarts bloed afnemen van uw dier en dit controleren op de hoeveelheid aanwezige antistoffen
in het bloed. Indien deze nog in voldoende mate aanwezig zijn, kan de vaccinatie een jaar uitgesteld worden.

Dit raden wij enkel aan bij honden die allergisch reageren (minder dan 1%) op het vaccin of dieren die
telkens opnieuw enorm zware malaise ervaren na een enting.

Vaccinatie