1. Home
2. KONIJN CAVIA HAMSTER
3. Een konijn correct dragen

Een konijn correct dragen

Een konijn correct dragen

Het dragen van een konijn, is voor het konijn een stressvolle situatie (als het dat niet gewoon is). Dit komt omdat hoogtes voor een konijn gevaar betekenen, denk maar opgenomen worden door een roofvogel. Daarom is het van groot belang om uw konijn zo vroeg mogelijk gewoon te maken aan opgenomen te worden. Hoe jonger hoe beter!

Wees geduldig en doe het heel voorzichtig tijdens het oefenen. Uit angst kan het konijn krabben en vervolgens kan het op de grond vallen, wat enkel tot een nog grotere negatieve associatie leidt.

Konijnen dragen doe je zo:

• Met 1 hand wordt de borst ondersteund tussen de voorpoten van het konijn.
• Met de andere hand wordt de achterhand (poep) vastgehouden.
• hou het konijn zachtjes tegen het lichaam om een geborgen gevoel te geven aan het konijn.

Het is van groot belang om uw konijn achteraan heel goed vast te houden. Een konijn kan als verdediging beginnen schoppen, dit kan zo hard zijn dat hij zijn eigen rug/achterhand kan kwetsen. Dit kan zelfs leiden tot verlamming!

Opgelet! Neem nooit een konijn vast aan de oren!

Vroeger werd ook vaak gezegd om het konijn op zijn rug te plaatsen en het konijn zal in een 'trance' of 'hypnose' toestand komen. Niks is minder waar! Deze techniek zorgt voor enorme innerlijke stress.

De officiële naam voor deze 'trance' is tonic immobility. Dit is een toestand die heel veel prooidieren aannemen als laatste redmiddel om een aanval van een prooidier te overleven. Dit mechanisme van overleving heeft als oorsprong doodsangst. Het eerste redmiddel van veel prooidieren is niet bewegen, worden ze toch gespot gaan ze weglopen. Worden ze uiteindelijk vastgegrepen (vergelijkbaar met mensen die achter hun konijn aanlopen op die op te nemen, op hun rug leggen, om bijvoorbeeld in alle rust de nagels te knippen) kan tonic immobility optreden. Er wordt een signaal vanuit de hersenen naar de spieren gestuurd om de beweging van de spieren te onderdrukken. Hierdoor lijken de dieren dood. Dit zorgt ervoor dat er een kans bestaat dat het roofdier hun sneller zal loslaten of zich richt naar een andere bewegende prooi. Zo maken ze kans om te ontsnappen aan het roofdier.

Alle bewegingen worden vanuit de hersenen onderdrukt. Uiterlijk kan dit lijken op een ontspannen, rustig konijn. De waarnemingen door het gehoor, reuk en tast blijven geregistreerd worden door de hersenen. Dit wil zeggen dat het dier bewust is van alles wat er in de omgeving gebeurt. Dit komt omdat ze alert moeten blijven voor een kans op ontsnapping. Kortom een konijn die zich in een toestand van tonic immobility bevindt, maakt alles mee en voelt alles. Enkel de uiterlijke reactie wordt onderdrukt.

Afhankelijk van het angstgevoel van het dier zal tonic immobility optreden. Bange dieren (bijvoorbeeld om opgenomen te worden) of dieren met stress, zullen gemakkelijker en langer in deze toestand te krijgen zijn. Hoe verder het roofdier (bv. mens) en hoe dichter het dier bij een veilige thuisbasis (bv. eigen hok) is, hoe groter de kans dat deze staat opgeheven wordt. het is dus onmogelijk om te voorspellen hoe lang tonic immobility zal duren. Dit kan van enkele seconden tot meerdere minuten en soms veel langer zijn. Het opheffen van deze toestand is plots en snel (ontsnappen).

Het is aangetoond dat tijdens tonic immobility de hoeveelheid cortisol (een stresshormoon) toeneemt. Bij konijnen neemt het hartritme en de ademhalingsfrequentie toe. Er werd ook angstgedrag bij konijnen waargenomen voor en na het in tonic immobility te brengen. Tonic immobility is dus geen ontspannen toestand, maar een toestand die stress veroorzaakt. Er is aangetoond als deze toestand opgewekt wordt bij cavia's dit kan leiden tot gewichtsverlies en soms sterfte.

Een konijn of andere prooidieren op deze manier hanteren, behandelen of knuffelen is niet diervriendelijk. Het veroorzaakt stress en kan het welzijn en de gezondheid schaden. Gebruik daarom bovenstaande methode om een konijn te dragen. Leer dit gedrag aan en bouw het leerproces op.